|
|
1. De Publicatie van de strips 1.1. Plaats en omvang van de strips
in de krant 1.2. Vertaling, lettering en
remontages 1.5. Aantal stroken per aflevering 1.6. Oorpronkelijke publicatie van
de verhalen |
|
|
|
1.
De publicatie van de strips 1.1. Plaats en omvang van de strips in de
krant De kranten plaatsen hun strips op zeer uiteenlopende plaatsen. Soms op
een vaste plaats, soms wisselend. Algemeen kan men zeggen dat de stripstroken meestal onderaan
of bijna onderaan een pagina geplaatst worden. Een plaatsing bovenaan de
pagina is mogelijk, maar zeer zeldzaam. Sommige kranten plaatsen de strips steeds op dezelfde plaats, zodat de
lezer ze bijna blindelings kan terugvinden. Dat is bijvoorbeeld het geval bij
de Volksgazet, Le Peuple, De Roode Vaan, Vooruit, La Dernière Heure en Gazet
van Antwerpen, waar minstens één reeks steevast
onderaan op pagina twee staat. Onder andere De Nieuwe Standaard, De Standaard
en La Lanterne hebben dan weer een zwak voor de laatste pagina. Op twee
uitzonderingen na staan strips wel nooit op de voorpagina. Soms worden de strips naast of onder elkaar gezet (een
groepering die sterk aanwezig is bij La Lanterne), soms over de volledige
krant verspreid (bijvoorbeeld bij Het Volk). Kranten als Het Laatste Nieuws,
La Libre Belgique en Le Soir hebben de neiging de strips pas in de tweede
helft van de krant aan bod te laten komen. Zo krijgt Eric de Noorman in Het
Laatste Nieuws bijna altijd een plaatsje tussen de advertenties van de
laatste pagina's. En zo zijn we bij het soort pagina beland waar strips
aan bod komen. Het is zeer moeilijk hieruit een algemene lijn te trekken.
Algemeen gezien komen strips voor tussen allerlei soorten krantenberichten :
binnenlands nieuws, buitenlands nieuws, economie, gerecht, sport, economie,
advertenties, reclame, cultuur, themapagina's, … Wat de omvang van de gepubliceerde strips betreft : meestal hebben de
strips in alle kranten ongeveer hetzelfde formaat. Ballonstrips verschijnen gemiddeld op 6-7 cm hoogte
en 20 cm breedte. Ondertekststrips zijn doorgans hoger (de tekst staat onder
de tekeningen) en smaller (er worden dagelijks minder tekeningen
gepubliceerd). Tegenover de oppervlakte van een volledige krantenpagina nemen
de ze tussen 5 en 33 % in. 1.2. Vertaling, lettering en remontages Waar gebeurde de vertaling en lettering van
buitenlandse strips ? Deze kwestie is niet zo duidelijk. Toenmalig Het
Volk-medewerker en tekenaar Rik Clément verklaart dat de vertaling en
lettering door de krant zelf moest verzorgd worden, terwijl Pierre Stéphany
(in 1950 verbonden aan La Meuse) verklaart dat de vertaling door de agentschappen
geleverd werd.[1] Ze zouden best alle twee gelijk kunnen hebben, en wel
op de volgende manier. In verschillende Amerikaanse strips die in de Vlaamse
pers gepubliceerd werden, ziet men in het decor teksten in het Frans[2].
In een vorig deel werd al uitgelegd dat deze reeksen ons land bereikten via
het Franse agentschap Opera Mundi. Het is dus goed mogelijk dat deze strips
in Frankrijk van Franse teksten in ballonnen en decor voorzien werden, en dan
naar de Belgische afdeling doorgestuurd werden. Voor de Franstalige kranten
was de zaak dan in orde, voor de Nederlandstalige was een nieuwe vertaling
nodig. Maar dit is natuurlijk maar een hypothese. Het feit dat de Nederlandstalige vertaling op de krant
gebeurde, wordt wel bevestigd door de nogal "Vlaamse" vertaling. Zo
zijn er bijvoorbeeld in "Mickey Mouse" geregeld
"ge"-vormen en dialectwoorden ("noenkel Mickey") te zien,
wordt er in franken geteld en is er sprake van "Vlaams praten",
"Belgisch geld" en "Johan Daisne".[3]
En de hypothese dat de Franse vertaling in Frankrijk gebeurde, kan men
bevestigd zien door het gebruik van woorden als "soixante dix
mille"[4]
en "soixante-quinze"[5]. Vertalingen zijn ook niet altijd even consequent. De
ene dag wordt het schip van Kappie in Le Soir aangeduid als
"Kraak", de volgende dag als "Craque"[6],
om nog maar te zwijgen over de (schrijfwijze van) namen van personages die
wel eens durven wisselen. Ook wordt de vertaling van tekstballonnen soms
"vergeten", en wordt de lezer ineens geconfronteerd met een stukje
Engelse tekst. Nederlandse reeksen worden dan weer soms wat
"Vervlaamst" : zo worden "guldens" bijvoorbeeld vervangen
door "franken". En tot slot nog even opmerken dat sommige gepubliceerde
stroken remontagesporen vertonen. Stukken van de tekeningen werden weggelaten
om de strook wat smaller te maken, en zo beter in de lay-out van de krant te
passen. Op die manier komen ook tekeningen in een verkeerde volgorde voor.
Waarschijnlijk gebeurde dit op de krant. 1.3. Stoppen van reeksen Sommige verhalen kennen een zeer bruusk einde, de
publicatie wordt stopgezet voor het verhaal helemaal afgerond is.
Verschillende verklaringen zijn hiervoor mogelijk. Een eerste mogelijkheid is
dat de reeks gestopt wordt om plaats te maken voor een andere reeks[7],
een tweede mogelijkheid is dat de krant een afgelopen contract om één of
andere reden[8]
niet wilt verlengen. 1.4. Exclusiviteit Zoals we al gezien hebben in de bespreking van de
aankondigingen, speelt exclusiviteit bij bepaalde kranten en op sommige momenten
een grote rol. Het is dan ook zeer uitzonderlijk dat eenzelfde verhaal in
verschillende kranten van dezelfde taalgroep gepubliceerd wordt.
Uitzonderling zijn natuurlijk de kranten die tot dezelfde groep behoren,
zoals De Nieuwe Gids-'t Vrije Volksblad en De Standaard-Het Nieuwsblad. Het doorbreken van de exclusiviteit gebeurt natuurlijk
wel : zo publiceren Gazet van Antwerpen en Het Nieuws van den Dag vanaf
augustus 1948 twee maanden lang hetzelfde verhaal, het Nederlandse Dick Bos.
Merkwaardig, omdat er geen band tussen de twee kranten bestaat. Maar er is
misschien een uitleg voor : de publicatie van het verhaal gaat gepaard met
een advertentiecampagne voor de albums van Dick Bos. Waarschijnlijk wilde de
uitgever van die boekjes (Ten Hagen) de reeks bekend maken bij een groot
publiek, en werd het daarom aan twee kranten aangeboden … Een ander geval van "dubbele plaatsing" doet
zich voor met de Amerikaanse reeks Rip Kirby in La Wallonie en La Lanterne.
In La Lanterne loopt de reeks al vanaf begin 1947, La Wallonie begint pas in
juni 1949, en publiceert dezelfde stroken als La Lanterne, zij het met twee
maanden vertraging. Reeksen die samen in een Vlaamse en een Franstalige
krant lopen, komen natuurlijk wel veelvuldig voor. In dat geval zijn de
Nederlandse reeksen Tom Poes, Panda, Kappie, Eric de Noorman, de Franse
gagstroken Subito en Nimbus, en de Amerikaanse Disney-verstrippingen, Steve
Canyon, Donald, Mickey Mouse, … En natuurlijk komt het ook voor dat reeksen,
na stopzetting in een bepaalde krant, in een ander blad opduiken (Annie
l'orpheline, Popeye, Rip Kirby, …). Merkwaardig is wel het feit dat er soms overeenkomsten
tussen verschillende kranten bestaan. Zo vertoont de strippolitiek van Het
Laatste Nieuws veel gelijkenissen[9]
met die van Le Soir. Niet toevallig hebben deze kranten de grootste oplages
van hun taalgroep. Het is dan ook niet ondenkbaar dat zowel Opera Mundi als
de Toonderstudio's hun succesreeksen wilden aanbieden aan kranten met zeer
grote oplages. Hun andere reeksen verdeelden ze dan onder de andere kranten. 1.5. Aantal stroken per aflevering Het aantal stroken van een reeks dat per dag
gepubliceerd wordt, is in het grootste deel van de gevallen beperkt tot één.
Uitzonderingen hierop zijn een hele hoop Vlaamse strips (zie het deeltje over
"Vandersteen en opvolgers" even verder) en enkele andere verhalen[10],
waarvan dagelijks twee stroken gepubliceerd worden. Ook drie stroken per dag
zijn mogelijk : twee Disney-verstrippingen in Le Soir en de reeks Le Petit
Roi worden op die manier gepubliceerd. Voor wekelijkse reeksen kan het aantal stroken
gemakkelijk oplopen tot vier. 1.6. Oorspronkelijke publicatie van de verhalen De verhalen die terug te vinden zijn in de Belgische
dagbladpers in de periode 1945-1950 zijn niet altijd even recent. Originele
reeksen (Suske en Wiske, Van Zwam, M. Cro, Proleetje en Fantast, …) werden
natuurlijk niet lang voor publicatie geschreven en uitgetekend, maar verhalen
die al elders gepubliceerd werden, konden heel wat ouder zijn en zelfs uit de
jaren 1930 stammen. In dat geval zijn onder andere de eerste Mickey
Mouse-verhalen in de Volksgazet, Tom de Negerjongen in De Nieuwe Gazet, Annie
in verschillende Franstalige kranten, Sambo de Olifant in Het Nieuws van den
Dag en De Scepter van Ottokar in De Nieuwe Gids. Verhalen uit het begin van
de jaren 1940 zijn terug te vinden in La Dernière Heure (Le secret du
Mastaba), Het Laatste Nieuws (De gestolen schepter) en Het Nieuws van den Dag
(Myra). Buitenlandse reeksen konden zowel zeer recent als meer
dan tien jaar oud zijn. Voorbeelden van snelle publicatie zijn Roy Rogers in
Le Soir (2 maanden achterstand op de publicatie in de VS) en Steve Canyon in
Het Laatste Nieuws en Le Soir (3 maanden achterstand op de VS). De
achterstand voor de Nederlandse Toonder-strips schommelt tussen 2 en 13
maanden. Het moment van de oorspronkelijke publicatie is echter
niet altijd even gemakkelijk te achterhalen. Voor Amerikaanse reeksen kan het
echter soms op basis van de stroken zoals ze in de Belgische krant
verschijnen. Amerikaanse stroken worden namelijk niet genummerd per verhaal[11],
maar per datum : bijvoorbeeld "11-27". Als de datum van het
oorspronkelijke copyright, bijvoorbeeld "Cop. 1946 King Features
Syndicate", nog te zien[12]
is, dan kan men de exacte publicatiedatum in de VS achterhalen, in dit geval
27 november 1946. 1.7. Fouten bij de publicatie Niemand is onfeilbaar, het personeel van een krant dus
ook niet. En dus gebeurde het wel eens dat er een fout gemaakt werd bij het
plaatsen van een stripstrook. Een verkeerde aflevering, de juiste tekening
met de verkeerde tekst, de juiste tekst met de verkeerde tekening, een
tekening zonder tekst, een omgekeerd afgebeelde strook, een verkeerde titel,
het twee keer publiceren van dezelfde aflevering. Meestal gaat de krant wel over tot het verbeteren van
die fouten : als het probleem opgemerkt is, worden de stroken in de juiste
volgorde nog eens aangeboden. Sommige kranten gaan echter nog verder en maken
er blijkbaar een erezaak van de lezer hun excuses aan te bieden : "Radio
Patrol. Par suite
d'une erreur, les nombreux lecteurs qui suivent les péripéties de notre
feuilleton dessiné "Radio Patrol" ont pu constater mardi matin un
décalage dans l'ordre normal des dessins. Nous nous en excusons et reprenons
aujourd'hui le récit où nous l'avions laissé lundi."[13] Of nog deze, waar aan
de lezer een extra inspanning gevraagd wordt : "De avonturen van Suske
en Wiske. Een spijtige vergissing. Door een spijtige vergissing werd in het
blad van Zaterdag 15 April het vervolg op De Stierentemmer afgedrukt dat bestemd
was voor het nummer van vandaag. Zo zijn we nu dus een beetje op de
gebeurtenissen vooruitgegaan en zouden we van de TA-ontdekking nog niets
mogen weten. We geven hieronder nu het stuk dat Zaterdag had moeten
verschijnen. Laten we het TA-beest weer vergeten en morgen nog eens even
verrast zijn als Zaterdag toen het kranige Sprotje het ding onthulde en …
doopte."[14] |
[1] Brief van Rik Clément. (14/12/2002) &
Brief van Pierre Stéphany. (5/7/2003)
[2] Bijvoorbeeld de vermelding
"cacahouètes" op een pot, of "Les joies du camping" als
titel van een boek. (Walt Disney. Mickey Mouse. – VG, 7/9/1946
& 1/10/1946)
[3] Walt
Disney. Mickey Mouse. (VG, 16/1/1946, 5/9/1946, 5/7/1947, 14/1/1948, 28/6/1948,
30/7/1948, 18/10/1948, 12/4/1949, 15/4/1949, 14/12/1949, …).
[4] Swan. La Famille
Flop. (LW, 9/7/1948)
[5] Mell
Graff. L'agent secret X-9. (DH, 3/12/1946)
[6] Marten Toonder. Cappi. (LS,
3/4/1947 & 4/4/1947)
[7] Dat is het geval met Zonnedal,
dat plaats moet ruimen voor Suske en Wiske (De Standaard) en Annie l'orpheline,
dat wordt vervangen door Tom Pouce (Le Peuple).
[8] Zo kan de reeks niet tegemoet
komen aan de verwachtingen, de lezers teleurstellen, te duur zijn, …
[9] Gezamenlijk : Eric de Noorman,
Steve Canyon, Disney-strips en een Toonderstrip (Panda – Kappie).
[10] Bijvoorbeeld "L'agent
secret X-9" in La Dernière Heure. Het publiceren van twee stroken duurt
daar echter niet lang en komt tot een einde bij de start van een tweede
stripreeks. Andere voorbeelden zijn : "Het Zonnedal" (De Standaard),
"Le petit Bob" (La Lanterne), …
[11] De afleveringen van Belgische,
Nederlandse, Franse strips zijn genummerd van 1 tot het nummer van de laatste
strook van een verhaal. Bij een volgend verhaal wordt er terug vanaf 1 gestart.
[12] Meestal is het oorspronkelijke
copyright overplakt door het Europese "Copyright Opera Mundi".
[13] LM, aankondiging op 13/10/1948,
p. 2
[14] HNB, aankondiging op 17/4/1950,
p. 4