|
|
14.2. Over Egypte, spionnen
en detectives 14.2.2.
Monsieur Moustache, L'agent secret X-9 en Buffalo Bill 14.3.1. Een Amerikaans geheim agent 14.3.4. Nazi's en atoomgeheimen 14.3.6. … en buitenaardse wezens 14.3.7. De vijfde colonne en de
buitenmandse dreiging |
|
|
|
14.1. Historiek en
situering La Dernière Heure werd in 1906 opgericht door enkele jonge liberalen.
Het was de bedoeling om een andere soort krant te maken : de opmaak was
geïnspireerd op de toenmalige Britse populaire pers en er werd ruime aandacht
besteed aan sportverslaggeving. Tijdens de Tweede Wereldoorlog stopte de krant haar publicatie en
drukten de Duitsers op de persen de "Brüsseler Zeitung". Op 5 september 1944 verschijnt La Dernière Heure dan
terug. De leiding van de krant is in handen van Fernand Oedenkoven en Georges
Bouché, en bij de dood van Oedenkoven in 1949 zorgen Marcel en Maurice (jr)
Brébart voor de opvolging. Raymond Hustin wordt hoofdredacteur, en wordt na
zijn dood in 1947 opgevolgd door A. Volont ("chef des services de
rédaction") en Gaston Williot ("directeur des services
d'information et de reportages"). De naoorlogse periode wordt gekenmerkt
door een enorme groei van de krant. Voor 1951 vermeldt Campé een oplage van
190.000 exemplaren.[1] De krant verschijnt zeven keer per week, in de
beginperiode op 6 à 8 pagina's, tegen 1950 op 8 à 12 pagina's, én op groot
krantenformaat. Strips verschijnen eerst alle dagen, behalve op maandag.
Vanaf november 1949 verschijnen strips wel op maandag, om dan in juni 1950
tot een systeem te komen waarbij twee strips niet op maandag verschijnen en
een derde strip[2]
wel. 14.2. Over Egypte, spionnen en detectives 14.2.1. Le Secret du Mastaba De publicatie van strips in La Dernière Heure begint op
19 december 1945 met "Le Secret du Mastaba". Als auteur wordt een
zekere "Luc" vermeld, wat niet echt veel is om de auteur te
achterhalen. In 1942 publiceerde schilder Max Servais echter al een strip met
de titel "Les aventures de Jacquy et Marcou, Le secret du Mastaba"[3]. Meer dan
waarschijnlijk gaat het om hetzelfde verhaal, al blijft het een raadsel
waarom de publicatie niet onder de naam van Servais kon gebeuren. Max Servais werd in 1904 geboren in Brussel in een
burgerlijk milieu. In 1924 werd hij, na een transit via de marine, bediende
op het Gemeentekrediet. In datzelfde jaar leerde hij de dichter Nougé kennen,
die een vriend was van René Magritte en Servais introduceerde bij de Brusselse
surrealisten. Hij begon dan ook te schilderen, om zich na zijn huwelijk in
1930 vooral toe te leggen op collages. In 1938 begon hij terug op Magritte
geïnspireerde schilderijen af te leveren en begon hij te schrijven. Dit
resulteerde vanaf 1941 in de publicatie van een reeks politieromans. Hij
maakte trouwens ook humoristische tekeningen voor verschillende kranten en
tijdschriften. Eén van die tekeningen zorgde ervoor dat hij in 1942 zes
maanden in de gevangenis belandde. Na de oorlog werkte hij mee aan de kranten
La Flamme en Le Peuple.[4] Le Secret du Mastaba lijkt nogal snel getekend te zijn
: de stijl is eerder slordig, decors zijn weinig uitgewerkt, … Het verhaal
loopt drie maanden lang over 95 stroken. De Brusselse jongens Jacquy en
Marcou zijn de tweelingszonen van de bekende archeoloog Pierre Capon, die in
Egypte aan het werk is. Met een valse brief van hun vader worden de jongens
naar Egypte gelokt en tijdens de reis wordt Marcou ontvoerd. Jacquy bereikt
wel zijn vader en even later krijgt deze een dreigbrief : Marcou wordt
vastgehouden om vader Capon te verplichten zijn opgravingen te stoppen. In de
zoektocht naar zijn broer komt Jacquy in de "Cité des sables" in
contact met oude Egyptenaren, in historische kledij, maar wel in het bezit
van tanks, mitrailleurs en motors. Blijkt daar een strijd aan de gang te zijn
tussen de farao en de rebellen onder leiding van een opstandige prins. Maar
opeens vergaan alle oude Egyptenaren terug tot stof, het magisch effect is
blijkbaar uitgewerkt. Daarop keren Jacquy, Marcou en hun vader terug naar
huis, waar niemand hun verhaal gelooft. 14.2.2. Monsieur Moustache,
L'agent secret X 9 en Buffalo Bill Een dag later dan "Le Secret dus Mastaba", op
20 december 1945, begint de publicatie van "Les avatars de M.
Moustache". Deze gagstroken zijn getekend door Fola[5]
en worden verdeeld door Press Alliance en Opera Mundi. Hoofdpersonage M.
Moustache loopt, zoals men al kan verwachten, door het leven met een grote
witte snor. En natuurlijk komt hij in de meest rare situaties terecht. Eind
1950 loopt de publicatie nog altijd door. En als op 17 februari 1946 "Le Secret du Mastaba" afloopt,
wordt het twee dagen later vervangen door "L'agent secret X9". 1780
stroken van deze reeks vol spionnen, misdadigers, geheime agenten en amoureuze
intriges zouden tegen eind 1950 gepubliceerd worden. De reeks zal even verder
uitgebreid behandeld worden. Op 1 juli 1947 komen er een derde en een vierde reeks
bij. Eén daarvan is "Les aventures de Buffalo Bill", door Lennart
Ek. Het verhaal loopt dagelijks tot november van dat jaar, waarna het naar de
jeugdpagina verhuist en wekelijks wordt. Het is een verhaal van complotten,
achtervolgingen en strijd, zowel tussen blanken en Indianen als tussen
blanken onderling. Net als bij het Fred Sander-verhaal[6]
van dezelfde auteur worden de tekeningen in de loop van het verhaal altijd
maar slordiger. 14.2.3. Monsieur Cro En samen met Buffalo Bill start ook de reeks "Les
enquêtes de M. Cro, détective", door Ray Reding. Het gaat hier om een
speciaal voor La Dernière Heure vervaardigde reeks. Auteur van dienst,
Raymond Reding, werd in 1920 geboren in Normandië, als zoon van een Belgische
vader en een Franse moeder. Maar hij kwam al op elfjarige leeftijd in België
terecht. Na allerlei noodjobs te hebben uitgeoefend, werkte hij van 1944 tot
1946 als schrijver en illustrator mee aan het tijdschrift Bravo en vanaf 1950
kwam hij ook bij Tintin terecht.[7] De verhalen draaien rond M. Cro, detective in de stad
Merleville. Hij is een welkome hulp voor commissaris Ara, die het meestal
alleen niet redt. In het tweede verhaal trouwt Cro trouwens met de nicht van
de commissaris, Péruchette. Andere personages zijn onder andere Professor
Nocturne en de misdadiger Gorilla Bing. Alle personages hebben het hoofd van
dieren, maar het lichaam en het gedrag van mensen. De auteur gaat geen
woordspelingen uit de weg voor het kiezen van namen voor zijn personages,
getuige namen als P. Lican en May Lisande. Ook verwijzen namen meestal naar
diersoorten. M. Cro is een humoristisch getekende ballonstrip, die
in de loop van de verhalen steeds beter getekend wordt. Wat de verhalen
betreft, laat Reding zijn hoofdpersonage in contact komen met allerlei
misdaden, die hij dan mag oplossen. Hij reist daarbij heel wat landen af. De
humoristische tekenstijl verhindert niet dat het er in de verhalen ernstig
aan toe gaat, zo vallen er bijvoorbeeld echte doden. In het eerste verhaal, "La formule volée",
wordt er een formule gestolen bij professor Nocturne. Het gaat om de formule
van een verlammend gas, dat de eigenaar in staat zou stellen de meester van
de wereld te worden.[8]
Cro en commissaris Ara onderzoeken de zaak. Ze verdenken eerst de
buitenlanders, maar dat levert niets op. Uiteindelijk blijkt de schuldige een
concurrerende professor te zijn. In "Les 7 corbeaux" wordt Cro ontboden door
de Minister van Buitenlandse Zaken, die hem vraagt naar het Rijk van Sinus te
reizen. Er is namelijk een oorlog aan de gang tussen de
"Kimonianen" en de "Sinusianen". Het zou een ramp
betekenen als Sinus zou verliezen, want het land is een belangrijke
cacaoproducent. De
minister vertelt : "Les Kimoniens ne sont plus qu'à 200 km. de ces
immenses plantations qui font notre richesse ! … L'empire du Sinus nous
demande notre aide … très bien … mais officiellement nous devons rester
neutres car la Kimonie est une de nos clientes. Ce qui sape l'empire c'est
avant tout l'incroyable réseau d'espions qui s'y est installé ! … Seul un
service de contre-espionnage efficace peut arrêter le désastre … Et là, nous
pouvons aider les Sinusiens. C'est pourquoi j'ai pensé à vous pour aller sur
place déjouer les plans des 7 corbeaux ! …"[9]
Cro reist
er naartoe en mede door zijn interventie en die van de Sinusiaanse Keizer,
die incognito gids speelt voor Cro, worden de Kimonianen overwonnen en de
spionnen ontmaskerd. In dit verhaal zetten economische belangen het land van
Cro dus aan tot interventie in een extern conflict. De interventie moet
echter stil gehouden worden om de relaties met het tweede land niet te
schaden. Reding verwerkt hier op een speelse manier kritiek op de hypocriete
houding van sommige gezagsdragers. Verder lost Cro nog twee valsemunterszaken op,
verhindert hij in het oosters land Kalpygië een staatsgreep tegen de
groothertog door diens eigen broer , lost hij een zaak van bedreigingen in
een hotel op, onderzoekt hij de mysterieuze dood van een bokser, vindt hij
een gestolen halssnoer terug, neemt hij het in Noord-Afrika op tegen een
mysterieuze sekte, lost hij diefstallen op, ontmaskert hij een
"spook", rolt hij een illegale wapenhandel op, lost hij
ontvoeringen op, … De misdadigers worden meestal gearresteerd, tenzij ze
ontsnappen of verdrinken, zich te pletter rijden of in een ravijn storten. Een origineel element is dat de auteur in de verhalen
soms op bezoek gaat bij zijn personage. Cro vertelt dan wat hij meegemaakt
heeft, zodat zijn "cher auteur" het in een strip kan gieten.[10] 14.2.4. Pour les jeunes Tenslotte moet nog "Pour les jeunes" vermeld
worden, een halve jeugdpagina op donderdag, waarin vanaf 3 januari 1946
strips gepubliceerd worden. In de beginperiode (1946-1947) zijn dat zowel
gagstroken als korte vervolgverhalen van de hand van onder andere Wal, Sea
Ranger, Peyo[11],
Alka[12]
en B. Prim, waarschijnlijk allemaal Belgische tekenaars. In "Le trésor du pendu" van B. Prim staat een
mysterieus kasteel centraal dat tijdens de oorlog bevolkt werd door Duitsers.
Een bende nazi's wil nu de boekencollectie van het kasteel kopen, omdat in
één van de boeken het plan van een schat verborgen zit. Maar twee kampeerders
kopen net dat boek, dat dan natuurlijk door de nazi's gestolen wordt.
Uiteindelijk laten de kampeerders de nazi's oppakken door de politie. Peyo legt op deze pagina met zijn "Johan" de
basis van zijn latere succesreeks "Johan en Pirrewiet", en Alka,
die de pagina zeker tot 1950 van illustraties zou blijven voorzien, probeert
het met twee verhalen van Tom Pol. Op deze pagina wordt dus veel origineel materiaal
gepubliceerd, maar ook buitenlandse strips komen aan bod. Van mei 1949 tot
april 1950 loopt "Le Bossu ou le "Petit Parisien"", een
stripadaptatie (met ondertekst) door de Franse tekenaar Calvo[13]
van de roman van Paul Féval[14].
En tenslotte duiken in december 1950 gagplaten van de hand van Bozz[15]
op, met de hond Plouk als hoofdpersonage. 14.3. L'agent secret X-9 14.3.1. Een Amerikaans geheim agent Zoals al gezegd, publiceert La Dernière Heure vanaf 19
februari 1946 "L'agent secret X-9". De titel vermeldt Leslie
Charteris als auteur, in de tekeningen vindt men de handtekening van Mell
Graff[16].
Deze Amerikaanse reeks, oorspronkelijk "Secret Agent X-9" is in
1934 ontstaan uit een samenwerking tussen schrijver Dashiell Hammett en
tekenaar Alex Raymond. In 1935 werd Hammett echter al opgevolgd door Leslie
Charteris. Ook de tekenaars wisselden elkaar af, in november 1935 werd
Raymond al vervangen door Charles Flanders, en na een transit via twee andere
tekenaar kwam de reeks in 1940 uiteindelijk terecht bij Mell Graff. Rond
1938-1940 liet ook Charteris de reeks vallen, en werd hij door verschillende
mensen opgevolgd. Blijkbaar schreef Graff in de tweede helft van de jaren
1940 zijn verhalen zelf, soms geholpen door ingehuurde schrijvers.[17] Centrale figuur is geheim agent Philippe (Phil)
Corrigan, ook wel X-9 genoemd. Hij wordt bijgestaan door misdaadschrijfster
en FBI-medewerkster Wilda Murray, met wie hij ook zal trouwen. Ook de broer
van X-9, Jacques Corrigan, duikt in de verhalen op. Hij trouwt zelfs met een
ex-verloofde van Phil, een zekere Linda. De gepubliceerde verhalen lopen meestal in elkaar over
zonder titelvermeldingen, zodat de reeks een hoog soap-gehalte heeft. Voor
een intrige afgerond is, wordt al een nieuwe verhaallijn gelanceerd, waarop
dan verder kan gegaan worden. Misdaadverhalen en sentimentele verhalen
wisselen elkaar af, of lopen gewoon door elkaar. Veel aandacht wordt op die
manier besteed aan Wilda's Tante Mildred, die er alles aan doet om de relatie
en het huwelijk van haar nicht met Phil Corrigan te doen mislukken : zo
speelt ze constant voor stoorzender, probeert ze andere vrouwen op Phil af te
sturen, gaat ze mee op vakantie en moet ze op de meest ongepaste momenten
opeens naar de dokter. 14.3.2. Misdaad en geweld Wat de misdaadbestrijding betreft, komen Phil en zijn
omgeving met de meest uiteenlopende misdaden in contact : ontvoeringen,
moorden, bookmakers die het treinverkeer in de war sturen, een ex-gevangene
die zich op Phil wilt wreken, een overledene die vingerafdrukken achterlaat,
een bende wapensmokkelaars, een misdadiger en een dokter die samenwerken om
criminelen plastische chirurgie aan te bieden, … Het minste dat kan gezegd
worden is dat de politie efficiënt werkt. Misdadigers worden vroeg of laat
opgepakt of neergeschoten, of lopen zelf in hun ongeluk. Soms lijkt het wel of de reeks speciaal gemaakt is om
misdadigers op betere gedachten te brengen. Enig gemoraliseer wordt dan ook
niet gemeden. Zo wordt de gevangene Tom Pathé na tien jaar vrijgelaten, hij
heeft spijt van zijn gedrag en ziet zijn fouten in. Hij wou namelijk rijk
worden zonder te werken. Bij de vrijlating zegt de gevangenisdirecteur dat
hij hoopt dat Pathé een "homme d'honneur" zou worden. En terwijl de verteller zegt :
"Tom Pathé a gaspillé dix belles années derrière les murs d'une
prison.", zit hij zelf ook na te denken : "Puisse cette longue
réclusion être pour moi la bouée de sauvetage contre les mauvais courants de
la vie." Hij is dus echt van plan zijn leven te beteren : "Oui, je sais, j'ai
gaché ma vie jusqu'ici … Mais il est en mon pouvoir de la bien terminer …".[18]
De lezer
krijgt dus de goede raad niets te mispeuteren, hij zou wel eens een paar jaar
in de gevangenis kunnen belanden. Ook lijkt het soms of Amerikaanse politiemannen niets
liever doen dan misdadigers op de elektrische stoel te krijgen : zo wordt er
onder andere gezegd : "une bonne petite chaise électrique"[19], of nog "il ne
ratera pas la chaise électrique"[20].
Ofwel dreigt de politie gewoon met de elektrische stoel tegenover misdadigers[21].
Het geweld dat aan de reeks te pas komt, zoals in elk
politieverhaal, betekent nog niet dat het geweld aangemoedigd zou worden.
Zelf heeft Phil Corrigan het zeer moeilijk met het zomaar beschieten, en dus
doden van mensen, hij schiet alleen als het niet anders kan.[22]
En tijdens een vliegreis slaat hij zelfs aan het filosoferen over mensen,
oorlog en vrede : "Comme tout est calme ici dans cet avion au milieu de
ces nuages à plus de 1000 m du sol. Dire que les hommes pourraient si bien s'entendre tous
s'ils le voulaient. Ca serait tellement simple. Il y a de la place pour tous.
Si les hommes consentaient à ne plus se battre, sauf sur les terrains de
football, s'ils voulaient bien regarder un peu les nuages qui depuis toujours
leur indiquent de vivre en paix les uns avec les autres. Si les hommes
acceptaient enfin d'être des hommes et non plus des loups qui
s'entre-dévorent."[23] Op zaterdag 16 november 1946 gebeurt er iets
merkwaardigs. Het verhaal wordt onderbroken door een speciale strook, waarop
een man achter een bureau te zien is. Met een Amerikaanse vlag op de
achtergrond, spreekt hij de lezer toe : "Et voici une petite
interruption. Ce
message vous est adressé à tous. Ecoutez … Nous sommes actuellement submergés
par une vague de crimes. Le danger est mondial et ne fait que croître … Ne
pouvant supprimer le crime, nous devons tenter de le limiter. Pour cela, il
faut améliorer le foyer, développer l'influence de l'école et de la morale …
Un peuple uni, travaillant dans la paix avec le même esprit de sacrifice
qu'il a su montrer dans la guerre, voilà ce que nous voulons et ce qui
gardera au pays la vie, la liberté et le bonheur !"[24] De strook in kwestie heeft geen enkele functie in het
verhaal en is dus wel degelijk bedoeld om "het land toe te
spreken". De boodschap is eigenlijk een beetje naïef : via meer invloed
van school en moraal de misdaad indijken … Daarnaast wordt de bevolking
aangezet om in vrede samen te werken, en wordt er daarbij verwezen naar de
oorlog. Als men deze strook leest, dan krijgt men nog een sterkere indruk dat
de reeks echt bedoeld is als anti-misdaadpropaganda. Ga de misdaad niet in :
de politie werkt efficiënt, misdadigers worden opgepakt en krijgen vroeg of
laat toch spijt over hun daden. Mensen kunnen trouwens veel beter samenwerken
dan de strijd met elkaar aan te gaan in de misdaadwereld. 14.3.3. Oorlog en desertie In mei en juni 1946 loopt een verhaal waarin een
deserteur een centrale rol speelt. Een zekere François komt na lange tijd
terug thuis, maar doet raar. Hij ontwijkt de vragen van zijn vader over de
oorlog en vertelt dat hij afgekeurd werd voor het leger. Hij heeft ook een
bijgewerkte neus en is in het bezit van valse papieren. Zijn vader ruikt onraad en blijft zijn
zoon uitvragen. Hij wrijft hem ook het verhaal van een andere soldaat onder
de neus : "Tom ami Charles est rentré la semaine dernière … Amputé d'une jambe .. Quand il
s'est présenté à sa place, une femme l'occupait."[25] Er wordt in het verhaal heel zwaar getild aan desertie.
Niet alleen zijn vader doet er lastig over, ook in het misdaadmilieu brengt
het problemen mee. Want inderdaad, een bende misdadigers ontdekt zijn valse
papieren en verplicht François voor hen te werken. De leider van de bende :
"Si je n'écoutais que mon patriotisme, je te signalerais …".[26]
Maar hij
stelt uiteindelijk voor om mee te werken. François voelt zich echter niet gelukkig, op een avond
zit hij te piekeren : "Je ne deviens rien de propre .. Je n'ai pas eu le courage
d'être soldat comme tout le monde … maintenant je suis acculé au pire."[27]
En zijn
desertie brengt hem ook ongeluk in de liefde. Als hij de vriendin van de
bendeleider probeert te verleiden, speelt zijn verleden hem parten : "Ce
n'est pas ça François, on vous recherche pour désertion ! Je ne peux pas épouser un
homme dont la photo risque d'être affichée partout ! Les Japonais ont tué mon
père. Vous devez comprendre ce que je ressens en pensant aux déserteurs
…"[28] Het verhaal gaat hier duidelijk de patriottische toer
op. Niet zo verwonderlijk, want op het moment van de originele publicatie[29]
zijn de VS nog in oorlog met Japan. Opmerkelijk is wel dat de auteur met dit
verhaal de deserteurs een "moraliserend lesje" geeft, net als
in andere verhalen gebeurt met gewone
misdadigers. 14.3.4. Nazi's en atoomgeheimen In 1946[30]
duiken enkele nazi's op in het verhaal. Een zekere Otto Krudd stelt aan X-9
en Wilda[31]
voor om achter een begraven schat te gaan zoeken op een eiland in de Bahamas.
Maar ze komen in een echt wespennest terecht. Voor het vertrek gaat Krudd een
nazi-deserteur, waarmee hij nog samengewerkt had, neerschieten. En Eva, de
zogenaamde vrouw van Krudd, die ook meereist, blijkt een zekere Kapitein
Kroeger te zijn. Tijdens de oorlog was hij kapitein van een Duitse duikboot
en samen met Krudd bewaarde hij de schat van enkele rijke Duitsers. Na de
oorlog zouden ze die schat dan verdelen, maar ze blijken niet meer zo goed
met elkaar op te schieten. Op het eiland schiet Kroeger Krudd neer, waarna
hij Phil en Wilda bedreigt. Ze worden echter gered door een plots opduikende
Jacques Corrigan, broer van X-9. Om de reeks spannend te houden, kan X-9 natuurlijk
nooit lang op vakantie gaan zonder dat er iets gebeurt. Terwijl hij op
vakantie samen met Wilda rustig aan het vissen is, ontdekt hij plots een lijk
onder water. Maar het koppel wordt in het oog gehouden, en even later worden
ze door gewapende mannen meegenomen en bij hun baas, de
"professor", gebracht. Phil herkent de man : "Il est un des ces savants
nazis qui ont disparu après la chute de Berlin."[32]
Deze
professor Swein, blijkt een nieuw wapen uitgevonden te hebben : een
atoomgeweer dat atoomkogels, eigenlijk mini-atoombommen, afvuurt. Phil
geraakt met hem in gesprek : -
Swein : "Il est évident que si j'avais tourné mon arme vers le
führer avant les dernières semaines de la guerre les résultats auraient été
tout autres." -
Phil : "Pourquoi ne l'avez-vous pas fait ?" -
S : "Je cherche la richesse et non pas la gloire. Et je savais
qu'après la guerre on me paierait le prix … Et c'est en Amérique que je
négocierai aux plus belles conditions." -
P : "Avez-vous présenté votre invention au gouvernement des
Etats-Unis ?" -
S : "Je veux d'abord savoir quelles offres me seront faites
ailleurs. J'attends d'un instant à l'autre les délégués d'une puissance
étrangère."[33]
En terwijl de "buitenlandse agenten"
dichterbij komen, gaat het gesprek verder : -
P : "Vous me dites qu'un agent étranger doit venir ? Que
déciderez-vous s'il vous fait une offre très avantageuse ?" -
S : "Alors je ne prendrai pas contact avec votre gouvernement. Après
tout à mon âge je n'ai pas besoin de sommes fabuleuses." -
P : "Pourquoi avez-vous supprimé cet homme que vous appelez Carl
?" (Het
gaat hier over het lijk.) -
S : "C'était un de mes assistants. Il était effrayé des résultats de
mon arme et il m'avait menacé de me dénoncer à la police."[34]
Uiteindelijk komen de buitenlanders, Prokrast, Kralek
en Vonner[35],
aan. Maar Prokrast blijkt van de politie te zijn … Professor Swein wordt
gevangen genomen en zijn assistent neergeschoten. Het wapen valt dan ook in
handen van de Amerikanen, die heel goed weten welk belang het heeft. "L'invention de cette
balle atomique peut changer tout le cours des événements."[36],
vertelt "Prokrast". Inderdaad, in de wapenwedloop met de Sovjetunie is zo'n
wapen van zeer groot belang. Atoomonderzoek en atoomgeheimen spelen ook een
belangrijke rol in andere verhalen. Op een dag wordt Wilda op de hoogte
gebracht dat haar oom Lenson al een maand verdwenen is. Hij heeft meegewerkt
aan een atoomonderzoek en de politie vreest dat hij verraad zou plegen. Hij
blijkt door een bende ontvoerd te zijn, maar weigert te praten. Als ze even
later ook Wilda in handen krijgen, blijkt hij daar wel toe bereid te zijn.
Maar X9 komt de ganse boel redden. Achteraf verklaart Lenson dat hij nooit
zijn atoom-eed zou verbroken hebben.[37]
Op een ander moment wordt een vermoorde geleerde ervan verdacht samengewerkt
te hebben met de Japanners.[38]
14.3.5. Buitenlandse spionnen … En hiermee komen we aan de Koude Oorlog en de
buitenlandse agenten en spionnen. Hoewel er geen enkel probleem van gemaakt
wordt nazi's nazi's te noemen, wordt Rusland nooit rechtstreeks vermeld. Uit
allerlei informatie blijkt dat de "buitenlandse spionnen" die
Amerika bedreigen meer dan waarschijnlijk Russen zijn, en de lezer zal dat
dan ook wel gemerkt hebben, maar hen bij naam noemen gaat blijkbaar iets te
ver. Voorzichtigheid vanwege de auteurs ? Of is het gewoon zo evident dat het
niet moet vermeld worden ? In augustus en september 1949 is het weer zover. De
geheime politie heft een nieuwe speciale opdracht voor Phil en Wilda
uitgewerkt : het is de bedoeling dat ze voor assistent en dochter van een
professor gaan spelen. Zo kunnen ze discreet een oogje in het zeil houden. Maar het loopt mis :
"Phil Corrigan a été attaqué et kidnappé par des éléments de la cinquième
colonne. Un homme qui a une ressemblance frappante avec Phil a pris sa place
…"[39]. Een organisatie,
betaald door het buitenland, heeft dat plan uitgedacht om de Amerikaanse
atoomgeheimen in handen te krijgen. Wilda heeft de persoonswissel echter door en praat
erover met de professor, die antwoordt : "Si cet homme est le sosie de
Phil, c'est qu'il est un des membres de cette 5eme colonne que nous cherchons
à capturer."[40]
En
ondertussen blijft de valse Phil zijn opdrachtgevers op de hoogte houden van de
vorderingen van de professor. Zijn baas reageert enthousiast : "Parfait, nos
agents étrangers vont nous payer une fortune pour cela ! Dès que l'homme aura
terminé son rapport, enfermez-le !"[41] En als de prof hem laat geloven dat zijn werkzaamheden
klaar zijn, slaat de dubbelganger de prof neer en gaat er vandoor met de
plannen. Maar dat was de opdracht niet : hij moest de prof doden, maar dat
zag hij echt niet zitten : "Il me suffit de trahir mon pays. Je ne veux pas être un
assassin."[42]
De documenten worden overgeleverd aan de
opdrachtgevers, die echter duidelijk maken dat ze niets betalen voor ze alles
gecontroleerd hebben : "Oui, il faut se méfier de ces Américains."[43] En op het juiste moment kan de echte Phil zich
bevrijden en dringt Wilda binnen. De dubbelganger kan vluchten, maar de rest
van de bende wordt opgepakt door de politie. Ook in een ander verhaal[44]
spelen spionnen de hoofdrol. Op een dag ontdekt X9 een lijk in een chalet.
Het slachtoffer is moeilijk te identificeren, maar de politie denkt dat het
om de verdwenen wetenschapper Bansk gaat. En ook de dader wordt opgespoord :
via vinderafdrukken komt men tot de conclusie dat de moordenares een zekere
Josephine Nillots is. Vóór de oorlog maakte ze deel uit van de
spionagedienst, maar sindsdien is ze een andere toer op gegaan. Phil gaat eens informeren bij
haar voormalige werkgever : "Elle a travaillé ici pendant un an. C'était
une bonne employée et intelligente mais très avancée dans ses idées
politiques et cela empoisonnait mon personnel."[45]
"Joséphine Nillots était employée ici, et nous a quittés il y a un mois
alors que je songeais à m'en débarrasser. C'est une femme anti-Américaine.
Elle faisait partie d'un comité qui organisait des conférences par des
étrangers propagandistes. Red Bludjun pourrait facilement vous renseigner …
s'il veut bien." En die Red is volgens de ex-werkgever "Encore un
de ces individus qui cherchent à mettre notre pays dans la panade. Red et
Joséphine sont des êtres dangereux."[46] Ondertussen is ook gebleken dat Nillots Banks wou
stoppen, omdat hij volgens haar te ver ging : "C'était une grave erreur
de mes chefs de laisser le professeur Bansk organiser une série de
conférences dans cette région. 15 jours ont suffi à notre frère Bansk pour
réaliser que ce pays n'avait aucun désir de fomenter une guerre. Mais quand
il m'a dit hier soir qu'il dirait à son auditoire toute la vérité sur les
découvertes atomiques j'ai compris qu'il fallait le faire taire. Ce serait
une trahison trop folle.[47] Maar Red kan het initiatief van Joséphine niet echt
appreciëren : "Alors tu a tué le professeur simplement parce qu'il
désertait notre cause ? Quelle plaisanterie ! Tu ne crois tout de même pas à
toutes ces idioties qui nous viennent de l'étranger ?"[48]
Red werkt
duidelijk voor het geld, het ideologische aspect kan hem veel minder schelen
: "J'avais très bien mené ma barque. Ces étrangers pervertis me payaient bien sans que
j'aie trop d'ennuis. Mais avoue que c'est plutôt une sale marchandise que tu
leur fais importer chez nous."[49] Joséphine Nillots is blijkbaar serieus geïndoctrineerd.
Ze vindt het haar plicht om de houding van Red te verklikken aan de
"leader régional". De top van de organisatie besluit dan Joséphine
zelf uit te schakelen, omdat ze geen diensten meer kan bewijzen aan hun "zaak".
Ze vrezen dat hun aanwezigheid in Amerika door haar in gevaar kan komen, als
de politie haar ontmaskert als de moordenares van Bansk. Twee mannen schieten
haar dan ook neer. En net op dat moment valt X9 binnen : hij schiet de twee
mannen neer en wordt zelf geraakt. Even later vraagt hij aan een politieman
wat er met Nillots gebeurd is : "Morte … du bon travail Corrigan …"[50] 14.3.6. … en buitenaardse wezens In een ander verhaal[51]
komen twee mannen, Anton en Goobich genaamd, naar Amerika om te controleren
of de geruchten die circuleren over vliegende schotels waar zijn of niet.
Terwijl hun vliegtuig de Amerikaanse kust nadert, hebben ze al een
interessant gesprek : -
"… Des faits de ce genre sont invraisemblables ! Et je me demande
s'il n'y a pas là un bluff sensationnel de la part des yankees." -
"C'est justement pour découvrir ce qu'il en est qu'on nous a
délégués." … "les yankees ont nié toute chose et il est possible
que ces soucoupes volantes aient d'autres expéditeurs. Mais peut-être ceux-là
sont-ils d'accord avec les yankees pour détruire nos plans de conquête du
monde." -
"Oui, des prévisions de ce genre sont bien possibles par les temps
qui courent."[52] En aangekomen in hun hotelkamer gaan de twee
buitenlandse spionnen[53],
want dat zijn ze blijkbaar, door met hun gepraat : -
"C'est incroyable, Anton. Voilà 6 heures que nous sommes en Amérique
et leur fameuse police secrète ne nous a pas encore rejoints." -
"Oui, Goobich, et cela donne une sensation désagréable de se sentir
aussi libre." "Je trouve ces Américains sots en insouciants du fait
qu'ils n'ont pas la sagesse de faire surveiller leurs policiers secrets par
d'autres agents contrôleurs." -
"Evidemment c'est étonnant que ces idiots-là aient prospéré à un tel
point." "Voyez leurs constructions grandioses et combien leurs
femmes sont élégantes. On n'est pas fier quand on les compare à celles de
chez nous." -
"Nous modifierons cela bientôt. Et les femmes yankees paraîtront
aussi moches que les nôtres."[54] Anton vindt het zelfs nodig zijn collega te waarschuwen
voor de Amerikaanse schijn, die het land aantrekkelijk maakt, maar die niet
kan blijven duren. -
"Je vous rappelle les instructions, Goobisch. Ne vous laissez pas
égarer par tout ce que vous verrez en Amérique. Tout cela n'est que
temporaire et c'est un succès factice." -
"Oui mais ce succès temporaire n'en existe pas moins depuis 330
années." -
"Oubliez donc ce que l'on vous a raconté étant enfant. Nos
historiens modernes ont récrit à ce sujet." -
"L'histoire est une vérité. Elle n'est pas une description." -
"Vos raisonnements confinent à la trahison. Mais n'oublions pas pour
quelle mission nous avons été envoyés ici." -
"Ah, oui ! Ces fameuses et fugitives soucoupes volantes."[55] Uit volgende gesprekken blijkt dat hun land plannen
heeft om de wereld te veroveren en dat ze vinden dat de Amerikanen
gemakkelijk te bedriegen en te misleiden zijn. Zo vraagt Goobich bijvoorbeeld
aan Anton of hij wel zeker is dat ze niet in het oog gehouden worden. Waarop hij antwoordt :
"Mais non, les Américains sont tellement faciles à duper."[56] Ondertussen krijgt de lezer de ruimtewezens te zien.
Het zijn kleine wezentjes met grote oren. Acht dode wezens worden in alcohol
bewaard en twee nog levende wezens worden bestudeerd in een
laboratorium. De twee spionnen worden
op de hoogte gebracht door een informant , een "sympathisant du
parti"[57]. En terwijl de twee spionnen een vrouw, Gaye Summer,
inschakelen om een labo-medewerker te verleiden, schakelt de geheime politie
X9 in om lokaas te spelen voor de spionnen. Hij zal die fameuze
labo-medewerker worden. "Une semaine a passé et la 5e colonne anti-Américaine a travaillé
sans répit."[58]
En
uiteindelijk ontmoeten X9 en Gaye Summer elkaar in een café. Phil laat zich
verleiden en verklaart zich bereid informatie door te spelen én met haar te
trouwen. Voor tien miljoen verkoopt Phil foto's van de schotels en de
ruimtewezens aan de spionnen. De volgende opdracht wordt één van de
buitenaardse wezens zelf in handen krijgen, waarna ze X9 en Gaye willen
uitschakelen. Die nacht schrijft Anton een brief aan de "chef de
la cellulle du parti dont il dépend" om zijn land op de hoogte te
brengen van zijn ontdekkingen : "Chefs, je vous écris cette lettre au
cas où Goobich et moi-même ne pourrions pas revenir. Les soucoupes volantes
sont une réalité. Elles proviennent d'une autre planète et quelques-uns de
leurs pilotes sont entre les mains des étrangers. Ils sont très petits et on
essaie de converser avec eux. Si une entente se fait entre eux tous nos
projets sont anéantis. Les étrangers ont déjà fabriqué des disques volants
suivant les modèles trouvés … et ces instruments sont tellement en avance sur
tout ce que nos ingénieurs humains ont pu inventer que ce serait folie de
provoquer un nouveau conflit mon (…)"[59]. En het voorgevoel van Anton was juist, hij zou niet
terugkeren. Bij de levering van een "ruimtewezen" proberen hij en
Goobich Phil en Gaye in een ravijn te doen storten. Maar ze vallen er zelf in
en verdrinken. Uiteindelijk blijkt dat de Amerikaanse geheime politie
de zaak van in het begin gemanipuleerd heeft. De vliegende schotels en de
ruimtewezens blijken vals te zijn (iets waarvan zelfs X9 niet op de hoogte
was), spionne Gaye Summer blijkt niemand minder dan Wilda te zijn. En op de
vraag van X9 waarom de overlevering van een plastieken ruimtewezen nodig was,
antwoordt zijn overste : "C'est dans le but d'exciter la curiosité de
certaine nation au sujet de ces soucoupes. Nous étions sûrs que l'information serait
retransmise à un centre d'espionnage et elle l'a été par un message que nous
avons laissé transmettre mais dont nous avons noté le contenu et la
destination."[60] 14.3.7. De vijfde colonne en de buitenlandse dreiging De verhalen met buitenlandse spionnen bereiken in
1949-1950 hun hoogtepunt. Op dat moment bevond de Koude Oorlog, die zich
sinds 1947 duidelijk afgetekend had, zich op een hoogtepunt. De twee blokken
hadden zich afgetekend, landen vielen in communistische handen en de blokkade
van Berlijn zorgde voor verhoogde spanningen. Ook het doorbreken van het
Amerikaans atoommonopolie door de Sovjetunie in september 1949 was niet echt
bevorderlijk voor de sfeer.[61] Zeer interessant is de manier waarop de auteur die
organisaties voorstelt. Zoals al gezegd, wordt de Sovjetunie niet bij naam
genoemd, maar allerlei elementen zorgen ervoor dat de lezer begrijpt over wie
het gaat. De vijandige organisaties zijn blijkbaar in de VS zelf actief, en
vormen dus de zogenaamde vijfde colonne, waartegen de republikeinse senator
Joseph McCarty vanaf februari 1950 een hevige campagne zou beginnen[62].
De leden van die organisaties handelen ofwel uit winstbejag, ofwel om
ideologische redenen. Maar in dat laatste geval zijn ze meestal serieus
geïndoctrineerd. En wie verraad pleegt of niet meer nuttig is, moet
uitgeschakeld worden. Doorheen de gesprekken van de buitenlandse agenten
wordt een beeld van de Verenigde Staten opgehangen, zoals zij dat zien. En
daar komen merkwaardige zaken uit voort. Zo vinden Anton en Goobish het raar
om "vrij" te zijn, en begrijpen ze niet waarom de Amerikaanse politie
niet door allerlei mensen nog eens gecontroleerd wordt. Wat erop wijst dat
het in hun land wel zo is, natuurlijk. Ook vinden ze dat Amerikanen niet te
vertrouwen zijn. En ze zijn jaloers op de situatie in de VS, maar hun
officiële (en herschreven) geschiedenis heeft hen geleerd dat dat allemaal
maar schijn en tijdelijk is. Ook blijkt duidelijk dat het land van Anton en Goobish
een derde wereldoorlog wilt ontketenen om zo de wereld te veroveren. In hun
land wordt het voorgesteld alsof de VS op een oorlog aansturen, maar dat
wordt in de verhalen ontkracht : de VS blijken een vredelievende natie, die
liever geen oorlog wilt, maar zich door de buitenlandse dreiging toch in
staat moet stellen zich te verdedigen. Daarom moeten de Amerikanen ook
proberen de uitvindingen die ontwikkeld worden, zelf in handen te krijgen.
Niet om er anderen mee aan te vallen, maar om te verhinderen dat anderen op
zulke ideeën zouden komen. Die anderen (de SU) zijn blijkbaar ook niet in staat om
op eigen kracht atoomwapens te ontwikkelen, aangezien ze spionnen naar de VS
moeten sturen om atoomgeheimen in handen te krijgen. En de spionnen mogen
soms wel lachen met de Amerikaanse inlichtingendiensten, deze laatsten zijn
hen altijd te snel af. Voor ze het weten zijn ze geïnfiltreerd, worden ze in
het oog gehouden of lopen ze met open ogen in een minutieus voorbereide
valstrik. Het is duidelijk dat hier een beeld opgehangen wordt
van de goede en vredelievende VS, die (zelfs op hun eigen grondgebied)
bedreigd worden door het buitenland, en zich daarom moeten verdedigen. In de
VS zelf was het waarschijnlijk de bedoeling de lezers aan te zetten tot meer
patriottisme en hen te waarschuwen voor de "gevaren" van binnen- en
buitenlandse (communistische) organisaties. Maar ook de publicatie in Europa,
of zoals hier, in België, geeft de lezer het beeld van het bedreigde Amerika
met de goede bedoelingen en de verraderlijke Sovjetunie die probeert de
wereldvrede om zeep te helpen. Of hoe fictie kan helpen de NAVO-bondgenoten
Amerikanisme en anti-communisme in te lepelen. 14.4. Besluit La Dernière Heure bevindt zich, met een start van de
strips in december 1945, ten opzichte van de andere kranten in de
middengroep. Al snel zou het aantal gepubliceerde strips stijgen tot drie (en
tijdelijk vier), met als extra's de strips die soms opgenomen worden in de
wekelijkse jeugdpagina. De krant blijft zeer trouw aan haar strips. De meeste
reeksen die opgestart worden, gaan jaren mee. En daarbij wordt niet nagelaten
een beroep te doen op lokaal talent. Na de publicatie van "Le Secret du
Mastaba" krijgt ook Raymond Reding de kans om een eigen reeks uit te
bouwen in de krant. En ook op de jeugdpagina staat werk van Belgische
auteurs. Voor de andere strips wordt een beroep gedaan op de agentschappen
Opera Mundi, Presse Services, Alga en SDDF. Auteurs worden meestal bij de titel vermeld, in de
aankondigingen veel minder. Deze aankondigingen blijven meestal vrij kort en
verschijnen telkens één keer bij het begin van een grote reeks. Alleen M. Cro
heeft soms recht op een aankondiging voor een apart verhaal. La Dernière
Heure lijkt trouwens een voorkeur te hebben voor politie- en detectivestrips.
Naast M. Moustache, een gagreeks, spelen de twee grote reeksen van de krant,
Monsieur Cro en L'agent secret X 9, zich af in dat milieu. Deze laatste reeks is de meest politiek geladen die in
de krant verschijnt. En zoals we gezien hebben komen verschillende thema's
erin aan bod. Naast het bestrijden van de misdaad, krijgt ook de Koude Oorlog
een grote rol in de verhalen. De reeks is ook een goed voorbeeld van hoe
Amerikaanse anti-communistische propaganda Europa bereikt. |
[1] De Bens
(Els). Op. Cit., p. 383-384 ; Campé (René), Dumon (Marthe) & Jespers (Jean-Jacques). Op. Cit., p. 227-231 ; Campé (René). La presse libérale depuis 1846. In : Hasquin (Hervé) & Verhulst (Adriaan) (eds.). Le libéralisme en Belgique : deux cents ans d'histoire. Bruxelles, Delta, 1989, p. 194
[2] M. Cro van Reding.
[3] Servais (Max). Les aventures de Jacquy et Marcou : Le Secret du Mastaba. Bruxelles, Van Gompel, 1942, 60
p. Het exemplaar van de KBR is verdwenen. Uit een fotokopie van de kaft blijkt
wel dat de personages in de twee verhalen dezelfde zijn.
[4] Canonne (Xavier). Max Servais. In : Nouvelle biographie
nationale IV. Bruxelles, Académie Royale des sciences, des lettres et des
beaux-arts de Belgique, 1997, p. 352-354 ; Piron
(Paul). De Belgische Beeldende Kunstenaars uit de
19de en 20ste eeuw . Brussel,
Art in Belgium, 1999, p. 1212. Canonne vermeldt verkeerdelijk dat Le Peuple
na de oorlog Le Secret du Mastaba gepubliceerd heeft.
[5] Geoffrey Foladori, stripauteur
uit Urugay, geboren in 1908. (Fola. Op : http://www.lambiek.net/fola.htm -
5/5/2003)
[6] Zie Le Matin en De Nieuwe
Gazet/'t Vrije Volksblad.
[7] Gaumer (Patrick)1. Op. Cit., p. 661 ; Auquier (Jean)1. Raymond Reding conteur sportif. In : Reding (Raymond). Tirs
au but. Bruxelles, CBBD – La
Poste, 1998, p. 6-7 ; Van Hamme
(Jean) (red.). Op. Cit., p. 42
[8] Ray Reding. Les
enquêtes de M. Cro, détective, La formule volée. (DH, 1/6/1947 & 6/6/1947)
[9] Idem, Les 7
corbeaux. (DH, 6/12/1949)
[10] Onder andere in
"Echec … et masque" (DH, 28/12/1947 - 15/4/1948) en "Le dard de
jade" (DH, 26/9/1948 – 20/3/1949)
[11] Zie Le Soir.
[12] Pseudoniem van Jean Deleu, zou
later illustrator worden bij Averbode. (Huygens (Frank). Mooie plaatjes.
Illustratie, lay-out en beeldverhaal in de jeugdtijdschriften (1920-2002). In :
Ghesquière (Rita) & Quaghebeur (Patricia). Averbode, een uitgever apart, 1877-2002.
Averbode / Leuven, Uitgeverij Averbode / UPLeuven / Kadoc, 2002, p. 389)
[13] Edmond-François Calvo, Frans
stripauteur, geboren in 1892. Deze tekenaar heeft in de jaren 1940 al een
enorme productie strips op zijn actief staan. "Le Bossu" verscheen
voor het eerst in France-Soir in 1947. (Gaumer (Patrick)1.
Op. Cit., p. 135-136 ; Beyrand (Alain) (red.). De Lariflette à Janique
Aimée. Catalogue encyclopédique des bandes horizontales françaises dans la
presse adulte de 1946 à 1975. Tours, Pressibus, 1995, p. 179)
[14] Negentiende-eeuwse Franse
"roman-feuilleton"-auteur. Le Bossu werd gepubliceerd in 1858. (Paul
Féval. Op : Encyclopédie Microsoft Encarta 1998)
[15] Pseudoniem van Robert Velter,
Frans stripauteur, geboren in 1909. Hij was de schepper van een hele hoop
strips vanaf de tweede helft van de jaren 1930. Onder de naam Rob-Vel ontwierp
hij in 1938 het personage Spirou voor Uitgeverij Dupuis. (Gaumer
(Patrick)1. Op. Cit., p. 673-674)
[16] Melvin Graff, Amerikaans
stripauteur, geboren in 1907. In de jaren 1930 begon hij strips te tekenen en
in 1940 werd hij de opvolger van Austin
Briggs op Secret Agent X-9. (Mel Graff. Op : http://www.lambiek.net/graff_mel.htm
- 8/5/2003)
[17] Horn (Maurice)1.
Op. Cit., p. 341-342 ; Gaumer (Patrick)1. Op. Cit., p. 703-704
[18] Mell
Graff. L'agent secret X 9. (DH, 10/11/1948)
[19] Idem. (DH,
27/3/1947)
[20] Idem. (DH,
18/10/1947)
[21] Idem. (DH,
bv. 22/5/1949)
[22] Idem. (DH,
13/12/1947 & 10/7/1948)
[23] Idem. (DH,
25/4/1947)
[24] Idem. (DH,
16/11/1946)
[25] Idem. (DH,
22/5/1946)
[26] Idem. (DH,
25/5/1946)
[27] Idem. (DH,
18/6/1946)
[28] Idem. (DH,
21/6/1946)
[29] Dit verhaal verscheen in de VS vanaf einde
mei 1945. De publicatie van de reeks in La Dernière Heure loopt in het begin
een jaar achter op de originele publicatie. Door het verschijnen van twee
dagelijkse stroken tot januari 1947 wordt dat verschil teruggebracht tot 4-5
maanden. (Tabel met originele publicatiedata in : Dumonteil (Marc-André). Dossier agent secret X-9. In : Hop,
sept. 2002, n°95, p. 21-25)
[30] Idem. (DH, augustus - september
1946)
[31] Op dat moment nog vertaald als
Hilda.
[32] Idem. (DH,
15/3/1949)
[33] Idem. (DH,
22/3/1949)
[34] Idem. (DH,
24/3/1949)
[35] Hun zogezegde land van herkomst
wordt niet vermeld, maar de namen wijzen duidelijk in de richting van het
Sovjetblok.
[36]Idem. ( DH,
26/3/1949)
[37] Idem. (DH,
mei - juli 1948)
[38] Idem. (DH,
10/10/1946)
[39] Idem. (DH,
12/8/1949)
[40] Idem. (DH,
20/8/1949)
[41] Idem. (DH,
28/8/1949)
[42] Idem. (DH,
9/9/1949)
[43] Idem. (DH,
10/9/1949)
[44] Idem. (DH,
april - mei 1950)
[45] Idem. (DH,
12/4/1950)
[46] Idem. (DH,
13/4/1950)
[47] Idem. (DH,
5/4/1950)
[48] Idem. (DH,
16/4/1950)
[49] Idem. (DH,
18/4/1950)
[50] Idem. (DH,
4/5/1950)
[51] Idem. (DH,
augustus - november 1950)
[52] Idem. (DH,
29/8/1950)
[53]
"espions étrangers" (Idem. - DH, 6/9/1950)
[54] Idem. (DH,
30/8/1950)
[55] Idem. (DH,
31/8/1950)
[56] Idem. (DH,
1/9/1950, 2/9/1950 & 6/9/1950)
[57] Idem. (DH,
13/9/1950)
[58] Idem. (DH,
24/9/1950)
[59] Idem. (DH, 21/10/1950) (Brief na mon-
afgebroken)
[60] Idem. (DH,
2/11/1950)
[61] De Vos (Luc). Op. Cit., p. 39
[62] President Truman zette al in 1947 het FBI
aan om de VS te zuiveren van "on-Amerikaans gezinde personen". Onder invloed
van McCarty, die in 1950 voorzitter werd van de onderzoekscommissie naar
"on Amerikaanse activiteiten", zou het alleen maar erger worden en
uitlopen op een echte "heksenjacht". Opmerkelijk is dat schrijver
Dashiell Hammet, één van de ontwerpers van het X-9-personage in 1935, ook het
slachtoffer zou worden van deze commissie McCarty. (De
Kroniek van onze eeuw 1950-1959.
Utrecht, Kosmos, 1998, p. 24-25)